Historiek
 

Geschiedenis van het Golfbiljart Verbond Machelen – Diegem

Het verbond werd gesticht in het lokaal “De Rode Duiver” te Machelen, in september 1964, door de toenmalige lokaalhouder (van 1964 tot 1968) de intussen overleden voorzitter Gilbert Ronchetti, en Antoine Van Speybroek, onder de benaming “Machels Golfbiljart Verbond”. In 1973 werd te Diegem ook een verbond opgericht, namelijk “Entente Diegem”. Door de fusie van Machelen en Diegem in 1978, is het verbond “Entente Diegem” ook gefusioneerd met het “Machels Golfbiljart Verbond” en krijgt de huidige benaming “Golfbiljart Verbond Machelen – Diegem” vanaf seizoen 1978-1979. Het doel van deze kompetitie was dat lokale spelers zich konden meten met spelers van een hoger spelpeil om alzo bij te leren. Toen was het spelsysteem nog zoals in Vilvoorde en BGB-verbonden wordt gespeeld (ploegen van 6 spelers met de gewonnen wedstrijden als uitslag, vb.3-3)

Vanaf seizoen 1984-1985 is dit systeem aangepast. Volgende punten kenmerken deze kompetitie:

-          dinsdag is de speeldag

-          ploegen bestaan uit 5 spelers

-          wedstrijd wordt gespeeld tot 2 winnende partijen (manches)

-          optelling van de gewonnen en verloren partijen bepalen de uitslag.

Het concept hiervan, kent een niet-aflatend succes mede door de grote interesse van de regio Leuven. In 1964 is de kompetitie gestart met 7 ploegen, waaronder BC. Machelen, Windsor, Hoger Op, Ganzenhoek, Onder Den Toren, De Toekomst. In 2006 zijn er 33 ploegen gestart (record tot op heden); verdeeld in 3 reeksen. De individuele kampioenschappen werden van bij de stichting in 1964 ingericht. Toen ging dat door in de verschillende lokalen van het verbond. Later werd dit in een zaal gehouden, dat de inrichtende club bepaalde. Sinds 1990 hebben deze kampioenschappen een vaste plaats, namelijk de gemeentelijke feestzaal in de Georges Ferréstraat 9 te Machelen.

 

(Guy Speliers, 25/09/2009)


DE GESCHIEDENIS VAN DE BILJARTSPORT

Lodewijk XIV en het Biljartspel
Tussen 1694 en 1698 heeft Antoine Trouvain een reeks van zes gravures gecreëerd met als onderwerp de appartementen van Lodewijk XIV. Daarin bracht hij de verschillende vermakelijkheden in beeld, waarmede men zich op de ontvangstdagen bezig hield.
Op één van deze gravures kon men een soort van spel waarnemen, die vergelijkenis vertoont met het huidige biljartspel, waarschijnlijk het Golfbiljartspel.
Op de speeltafel waren er zes gaten voorzien,”belouses” genaamd.
Voor deze gaten was er een kleine ijzeren beugel geplaatst, die men “passe” noemde, omdat het de bedoeling was de ivoren bal door dit poortje te doen “passeren” om alzo een doel te maken.
De gekromde stokken waarmede men de ballen stootte, noemde men “billards” (kolven). Het uiteinde had een gebogen vorm en was gewoonlijk van ivoor of been. Deze stokken hadden veel te maken in vorm met de hedendaagse golfstok.
Evolutie van het biljartspel
In de 18e eeuw werden de biljarttafels en de ballen groter en de regels van het spel veranderden totaal van het ogenblik af dat men de ballen begon te stoten met stokken die op een dunner einde uitliepen.
De ontwikkeling in de verschillende landen leidden niet tot de totstandkoming van één en hetzelfde biljartspel. Ondanks dat Engeland al vroeg een partijtje mee biljartte, met het Europese vasteland, ontwikkelde men daar het nu overbekende snookerspel. Een spel waarbij 22 ballen worden gebruikt. In Amerika ging men dan weer een andere vorm gebruiken en het biljartspel daar werd Poolbiljart genoemd, een spel waarbij 16 ballen worden gebruikt. De ontwikkeling van het biljartspel in de Europese landen vertoonde grote verschillen.
De “pommerans”
Lange tijd speelde men in Duitsland nog met het dikke uiteinde van de stok, terwijl men in Frankrijk al ontdekt had dat het eleganter en beter was om met het dunne uiteinde te spelen. Daar ging dan iedereen op over toen in 1827 de Fransman “Mingaud” een belangrijke uitvinding deed. Hij vond de “pommerans” uit.
Dit lederen uiteinde van de keu vergrootte het aantal mogelijkheden om de bal te spelen. Hierdoor kon men een verfijnde techniek ontwikkelen die een maximale bestuurbaarheid van de speelbal gaf. Algemeen wordt dan ook aangenomen dat het moderne biljart “geboren” werd toen de pommerans uitgevonden werd.
Elke spelsituatie kon vanaf dat moment een perfecte stoot opleveren, mits de speler over een goed inzicht beschikte en de juiste keuvoering in acht nam.
Carambole
Omstreeks diezelfde tijd ging men op het Europese vasteland over tot het gebruik van 3 ballen (carambole). De biljarters begonnen zich te organiseren en in 1883 stichtte men te Leuven een biljartclub, met name B.C. GARNIER.
Een voorbeeld dat in vele plaatsen gevolgd werd. Rond het jaar 1910 ontstond de Belgische Biljart Bond en wist zich zeer vlug te ontpoppen in een vooraanstaande positie, wat betreft internationale erkenning; want in 1923 werd in Brussel de Internationale Biljartfederatie opgericht. Daarna ging het met de biljartsport op gebied van uitbreiding de goede weg op. De Koninklijke Belgische Biljart Bond telt op dit ogenblik 6300 aangesloten leden verdeeld in 276 clubs (1985). Voor Nederland verliep de ontwikkeling iets minder maar op 30 januari 1975 schreef men het 20.000e lid in , tegen april 1983 bedroeg dit aantal al 27.323.
Tapbiljart
Tussen 1951 en 1953 werden de eerste plaatselijke verbonden van clubs opgericht te Leuven en te Vilvoorde, waardoor deze plaatsen als de bakermat van het als toen bekende “tapbiljart” kunnen beschouwd worden, in 1960 opgevolgd door Lier.
Vanaf dat jaar zou dit spel een snelle uitbreiding nemen en werden er tal van nieuwe plaatselijke gewesten opgericht, o.a. Pajottenland, Haspengouw, Tienen en omstreken, Mechelen, Aalst, Denderstreek, Zennevallei, Aarschot en even later in Limburg met Maasland, Demerstreek enzovoort.
B.G.B.
Wegens het feit dat de nieuwe gewesten gingen aanleunen bij de reeds bestaande, werd naar een oplossing gezocht om een regeling te treffen tussen deze verbonden.
Er werden een paar contactvergaderingen belegd op initiatief van het bestuur van het Leuvens verbond. Een voorstel tot oprichting van een overkoepelend orgaan werd uitgewerkt, en ter goedkeuring voorgelegd aan al de gewestbesturen waaruit dan op 18 juli 1969 de stichting van de V.Z.W. BELGISCHE GOLFBILJART BOND volgde.
De statuten werden gepubliceerd in het Staatsblad van 11 september 1969 onder het nummer 5494.
De benaming golfbiljart werd algemeen aanvaard omdat de speler, zoals bij het golfspel, de bal in het aangeduide doel dient te spelen en er op het biljart hindernissen (doppen) aanwezig zijn.
De eerste opdracht was het vastleggen van de grenzen van de verschillende aangesloten gewesten en tevens werd een kommissie opgericht die tot taak kreeg, de opstelling van de spelreglementen, die een heel lastige opdracht scheen aangezien ieder gewest in die tijd een eigen speelwijze aankleefde.
Deze opdracht werd vervuld en reeds vanaf het seizoen 1969-1970 was er een eerste algemeen spelreglement dat als basis zal dienen van de huidige spelregels.
In 1970 werd ook de eerste maal het Nationaal Individueel Kampioenschap ingericht alsook de Dag Der Kampioenen, dat nu kan beschouwd worden als het event van onze sport op 11 november van ieder jaar. Een jaar nadien, innovatie wat betreft het biljartspel, kwamen de twee beste jeugdspelers (12 tot 16 jaar) van ieder gewest in een nationaal treffen tegen elkaar uit.
Vrouwelijke speelsters werden toegelaten en een paar maal werd de titel in de lagere afdeling (nationaal) door een dame veroverd.
Op internationaal vlak is er een regelmatig kontakt met onze Noorderburen (Nederland) op administratief vlak (reglementen e.a.) alsook op sportief vlak, door de inrichting van een Interland.
De Nederlandse Golfbiljart Bond telt sinds 1990 zes districten.
Het bestuur van de B.G.B. weet dat buiten de aangesloten verbonden er nog gewesten zijn in ons land waar deze sport beoefend wordt met toepassing van de BGB-spelreglementen, hetgeen een wissel is op de toekomst.
De bedoeling is dat iedereen die golfbiljart speelt in een (grote) familie opgenomen zou worden.
Ondanks de circa 15.000 leden golfbiljarters, is tot op heden het nog niet mogelijk om langs de media bekendheid te verwerven voor een spel dat op eigen bodem ontstaan en gegroeid is, waarschijnlijk door het gebrek aan financiële middelen om interesse te wekken bij de TV-zenders.
(03/08/2004)